1.1 Alles is nieuw!
Ik had er niet lang over na hoeven denken toen het artikel op internet stond. Tijdens het chatten verscheen er reclame in beeld over 10 generaties. Ik wist het meteen. Dit was mijn uitdaging! Echt iets voor mij, al zeg ik het zelf. Nog geen half jaar later had ik een stuk grond. En niet veel later ook een huis. Ik wist het nog precies, hoe dat allemaal ging. En nu stond ik voor mijn nieuwe vertrekje. Het zag er schattig uit met al die bloemen. En ik was zo nieuwsgierig over hoe het er van binnen uit zag. Ik kon het niet laten nog even de kijken en stak de sleutel in het slot.
Binnen was het niet veel groots. Dat kon ik ook niet niet betalen. Er stond een boekenkast, een bed, een stoel en nog wat dingetjes. Straks ging ik kijken welke boeken er in die boekenkast stonden maar eerst de rest.
De keuken was ook niet veel. Een aanrecht, koelkast en fornuis. En een tafel met twee stoelen. We konden hier tenminste met twee personen in.
De badkamer bevatte ook alleen de nodige dingen. Dus nu had ik het wel gezien. Ik ging terug naar de leefruimte.
Ik probeerde eerst het bed uit. Dat was best een hard matras. Maar dat kon ik wel even overleven. Ik had een sterke rug. En nog nooit klachten gehad. Gelukkig.
Dat bed verveelde me al snel. En toen ging ik toch maar even in de boekenkast kijken. Er stonden ook boeken in over vingerverf voor kleuters. Alsof ik daar wat aan had. Ze wist toch dat ik alleen was? Maarja, dat doet er niet toe. Ik zocht de rest van de boeken af en vond een boek wat wel iets voor mij was. Ik ging op de stoel zitten en begon te lezen.
Het was een spannend boek maar ik vond dat het beter was als ik de stad ging verkennen. Ik zag een taxi voorbij rijden en stak voorzichtig mijn hand op. Maar de taxi reed door. Dan toch niet.
Ik liep naar het station en voor het eerst in mijn leven zou ik met de metro gaan. Ik ging solliciteren voor arts. Alleen moest ik om dat te worden nog veel leren.. Het station was groot en er waren zoveel mensen. Dat was ik niet gewend in het dorpje waar ik vandaan kwam. Ik zag ook wat beroemdheden met sterrenniveau 1. Die hoefde ik nog niet te spreken.
Er was een station bij het ziekenhuis dus dat was nauwelijks lopen. Binnen ging mijn gesprek best goed. Ik vertelde over waar ik vandaan kwam en wat ik al wist. De aannemer leek geïnteresseerd. Daar hield ik wel van. En bleek goed te zijn! De aannemer wilde me hebben en ik mocht morgen meteen beginnen. Zoiets had ik nog nooit meegemaakt.
Ik zag dat er naast het ziekenhuis nog een soort terras was waar aardig wat mensen zaten. Misschien konden ze me iets over de stad vertellen. Ik zag een meisje van middelbare leeftijd en begroette haar. "Hoi, ik ben Sophie Visser. Aangenaam.", zei ik. "Maya Bruin. Ik heb U hier nog nooit gezien.", zei ze. "Zeg alsjeblieft geen U. Ik ben nog maar 23 hoor. Ik ben hier vandaag komen wonen. In dat kleine groene huisje tussen al die rijke mensen.", vertelde ik. Ik had geleerd altijd beleefd te zijn, maar zij blijkbaar ook. "Ooh, U doet.. Ik bedoel.. Je doet die tien generaties. Tjonge, wat zal u dapper zijn!", ze bewonderde me blijkbaar. En dat voelde wel goed.
We praatte even over de legacy en daarna wilde ik nog meer mensen ontmoeten. Ik begroette een donkere vrouw met een glitterjurkje. "Hoi, ik ben Sophie Visser. Wie bent U?", vroeg ik. Ze keek me heel arrogant aan. "Praat niet tegen me. Ik ben beter als jou.", snauwde ze. Lekker goed Nederlands. Die bitch hoefde ik niet meer te zien. Dan praatte ik veel liever met Maya.
Er kwam nog een blonde vrouw aan waar ik even mee heb staan kletsen. En toen kwam er een apart geklede dame aan die bas begon te spelen. Het klonk nergens naar maar voor de beleefdheid bleef ik maar even staan luisteren. Ik heb nog wat mensen hun nummer gevraagd en daarna ben ik vertrokken.
Ik wilde meer zien van de stad en besloot naar de park te gaan aan de rand van de stad. Ik keek om me heen, overal waren meters hoge flatgebouwen. Daar hoefde ik niet te wonen. Ik had hoogte vrees dus nevernooit dat je mij daar zou zien kijken uit het raam.
In het park stond een snackcar. Ik had al een tijdje niks gegeten dus ik had wel zin in een snack. Er stonden allemaal rare namen op het menu en ik koos de goedkoopste.
Ik ging aan een tafeltje zitten en at de snack op. het smaakte heel raar. Iets van een mix tussen vis en patat. Ik keek om me heen. Deze stad was zo mooi. Dit was echt de stad waar ik oud wilde worden. Maar ik wonde wel buiten het centrum. Anders moest ik eeuwig in die vieze gassen zitten. En dat was me dan weer iets te veel.
Na mijn snack ging ik nog even op zoek naar informatie. Daar liep een man in zijn zwembroek dus die zou hier wel wonen of vaker komen. "Hai, ik ben Sophie Visser.", ik gaf hem een hand. Er ging een schok door me heen. Ik was toch niet verliefd? Jahoor! Meteen op de eerste dag. Vast niet. Hij stelde zich voor en begon meteen te ratelen over wat hij van me wist en gelezen had. Niet mijn type.
"Wat is hier te doen in de stad?", kon ik er nog net onderdoor vragen. Hij begon te vertellen over de clubs die ze hier hadden en hoe laat die open waren. Hij vertelde ook over vampieren. Vampieren?! Daar moest ik voor oppassen. Ik wilde echt niet gebeten worden door zijn raar wezen. Hij vertelde dat ze 's nachts lichtgevende ogen hadden en speciale krachten. De bibbers liepen over mijn lijf. Dit hoefde ik niet te horen. "Ik moet naar huis. Leuk je gesproken te hebben. Doei!", ik zwaaide alsof mijn pols gebroken was en daarna liep ik in een looppas weg. Wat een kletskous.
Thuis ging ik lekker in mijn stoel zitten nog wat lezen in dat boek. Het begon een beetje spannend te worden en ik heb zeker langer dan een uur gelezen. En dat terwijl ik niet eens een boekenwurm was.
Ik legde het boek weg een deed een dutje op bed. Die jongen had wel indruk gemaakt want ik wilde dolgraag die vette clubs zien. Ik zou eerst even uitrusten en dan ging ik iemand bellen.
Dat was niet zo'n slim idee. De vrouw met wie ik op stap wilde gaan lag al te tukken en had dus geen zin. Ik kon Maya niet wakker bellen. Die moest morgen gewoon naar school. Maar dat is waar ook! Ik moest morgen werken. Dan moest ik wel uitgerust zijn.
Ik trok mijn kleren uit en legde ze over de stoel. Ik kon niet op stap gaan, dat zou ik in het weekend wel doen. Nu moest ik lekker gaan slapen in mijn nieuwe huisje, in mijn nieuwe bedje. En genieten van de rust zonder man. Wie weet hoe lang dat ging duren?
Ik had niet zo heel goed geslapen en ik kon lastig uit bed komen. Maar misschien hielp een warme douche. Ik zette de douche aan en trok mijn kleren uit. Ik ging onder de douche staan en genoot van het warme water. Maar ik stond er nog geen 5 minuten onder toen de douche opeens ijskoud werd. Geschrokken zette ik de kraan uit. Dat was koud! Maar nu was ik in ieder geval wel wakker.
Ik had zin in een lekker eerste ontbijtje hier in mijn nieuwe stekkie. "Eens even kijken..", mompelde ik in mezelf. Nouja! Ze hadden de hele koelkast vol gezet met voedsel. Wat aardig! Op de middelste plank stond een plateau met de ingrediënten voor wafels.
Ik had daar wel zin in dus pakte ik dat uit de koelkast. Ik wist nog wel hoe je dat moest bereiden van de televisie. Die ik nu best miste. Ik deed alles op mijn eigen tempo want ik moest pas om 12 uur naar mijn werk.
Ik zette de wafels in de oven en wachtte een tien minuutjes. Maar toen ik de oven open deed kwam er allemaal zwarte rook uit de oven.
Treurig keek ik naar de verbrandde wafels. Het was toch niet zo gegaan als ik dacht. Nou, dan werd het maar een bakje cornflakes of zo.
Ik waste eerst mijn bord af. En keek in de spiegel. Ik was nog een jonge vrouw. En vond mezelf best dapper omdat ik mee ging doen aan een zware legacy. Ik hoopte dat er elke generatie wel iemand was die zin had om hier te blijven wonen. En ik hoopte ook op een mooi groot huis. In ieder geval met aparte slaapkamers. Maar dat lukte vast wel.
Ik ging dus voor een bordje cornflakes. Die smaakte ook niet verkeerd. En ik bedacht me dat het nog lang geen tijd was. Ik kon dus makkelijk even ergens naar toe gaan. Ik wilde zo snel mogenlijk deze stad helemaal kennen.
Toen ik mijn cornflakes op had ging ik ook meteen naar buiten. Ik wandelde langs de grote kasten van huizen. Eigenlijk best raar dat er dan zo'n klein huisje tussen stond. Maar wacht maar tot over 10 generaties. Dan is dat huisje een groot paleis.
Ik kwam uit bij de bieb. Misschien kon ik nog wat leren over artsen. Of ik kon kijken of ik al wat werk kon doen.
Het was erg leeg in de bieb en er stonden een aantal computers achter hele rare muren. Die waren zo vreselijk irritant. Want het bleef in je ooghoeken steken. Ik was dan ook al snel klaar met die computers. Ik ging er zelf wel een kopen als ik genoeg geld had.
Ik had minder tijd dan ik dacht want net voor ik de computer uit zette zag ik dat het tijd was om te werken. Ik nam weer de metro naar het ziekenhuis. Nu kwam er toch wel wat spanning in me op. Mijn eerste werkdag!
Het ging heel goed op mijn werk. Mijn baas vertelde dat ik meer inzicht moest hebben om promotie te maken. Hij vertelde dat je dat kreeg als je ging schaken of naar de sterren ging staren met een stethoscoop. Wist die man dan niet dat ik geen geld meer over had?
Ik had op mijn werk al gegeten dus thuis kon ik niks anders doen dan lezen. Ik zocht tussen alle boeken. 'Koken voor beginners', 'Inzicht voor beginners', 'Sleutelen voor beginners', wacht eens even! Een boek over inzicht! Die moest ik hebben.
Ik ging aan tafel zitten lezen. Er stonden alleen maar dingen in zoals hoe een stethoscoop werkte en wat de regels waren van schaken. Die mensen dachten ook niet na. Misschien had ik wel helemaal geen schaaktafel. Maar het was eigenlijk we handig. Want als ik straks een potje ging schaken.. Dan versloeg ik iedereen met gemak.
Ik had zeker al een half uur zitten lezen toen mijn concentratie werd verstoord door een telefoontje. Het was een collega die ik nauwelijks kende die me mee vroeg om op stap te gaan. "Sorry, geen zin. We moeten morgen nog werken weet je wel.", zei ik en ging op.
Ik kleedde me uit en stapte in bed. Ik wilde een man naast me! Ik voelde me zo eenzaam in mijn eentje. Maar ik wilde die man alleen naast me als het de ware was. En die had ik nog niet gevonden. En zolang ik die niet had was die plek naast me leeg.
's ochtends ging ik snel even onder de douche staan maar die werd natuurlijk al snel koud. Maar voordat ik een nieuwe douche kocht moest ik nog even sparen. Ik ging weer proberen wafels te maken. Ik was geen opgever.
En deze keer ging het goed. Ik wist wel dat ik het kon. Deze wafels zagen er heerlijk uit en ik kon niet wachten om ze op te eten.
Vrolijk schepte ik ze op mijn bord en aan de tafel at ik ze op. Ze smaakte goed. Mijn moeder kon het beter, maar het was eetbaar. Tijdens het eten keek ik uit het raam en ik zag dat er post was. Die ging ik zo maar even bekijken.
Ik dacht dat het een brief van thuis was maar het waren rekeningen. Fijn. Gelukkig was het niet veel. Maar 50 simdollar. Dat huisje was zo klein en ik verbruikte bijna geen energie. Ik wist dat ik genoeg geld had om het te betalen.
Ik pakte de pen uit mijn broekzak en vulde de rekening in. Daarna stopte ik de brieven weer terug in de brievenbus. Ik bleef nog even staan genieten van de warme lucht hier. De zon was niet te zien en toch was het warm. Ik had gelezen dat de zon nooit te zien was in Bridgeport. Dat was best jammer.
Ik ging binnen nog even aan tafel zitten lezen. Inzicht was heel belangrijk voor promotie. En promotie betekende een stap dichter bij mijn wens. Helaas ging het nog steeds over de regels en uitleg van die stethoscoop.
Ik had een vieze smaak in mijn mond dus ging ik mijn tanden poetsen. Ik bekeek meteen even mijn gezicht. Geen vlekje te zien gelukkig.
Buiten lagen een aantal oude kranten op de grond dus die gooide ik ook maar gelijk weg. Dit huisje was makkelijk schoon te houden nu het nog zo klein was. Straks moesten mijn kleinkinderen maar een schoonmaakster nemen.
Terwijl ik het afval in de prullenbak stopte kwam de carpool aanrijden. Precies op het goede moment. Ik rende deze keer naar binnen want ik had zin om te werken vandaag. Deze baan was perfect voor mij. Precies wat ik zocht.
Mijn baas kwam langs en drukte een boek in mijn handen. Ik keek hem verbaast aan. "Lees dit, dan krijg je sneller promotie.", zei hij met een knipoog. Ik stopte het weg en ging verder met mijn werk. Ik ging na mijn werk meteen lezen. Naast het ziekenhuis. Het werd steeds drukker en het was erg gezellig. Er kwam ook een vrouw naast me zitten en begon te vertellen. Toen ze door kreeg dat ik daar geen zin in had ging ze gelukkig weg.
Ik was al op de helft en vond het genoeg. Ik ging naar huis. Er was geen eten op het werk en dus moest ik thuis aan het koken. Eigenlijk geen koken maar alleen snijden. Ik had zin in een salade. En ik koos voor een oud recept van mijn oma: herfstsalade.
Het was best goed gelukt. Hoewel het niet lastig was om te maken. Ik smikkelde mijn salade lekker op en waste het bord af. Ik was moe van deze dag.
Dus ik kleedde me uit en stapte weer in bed. Ik droomde over dat ik chirurg was en dat de vreemdste patiënten bij me kwamen binnenlopen.
Uitgerust werd ik weer wakker. Ik had heerlijk gedroomd vannacht.
Ik had nu geen zin meer in wafels dus ik probeerde iets nieuws: pannenkoeken. Ik hielp mijn moeder daar altijd bij en dan probeerde ik de pannenkoek de lucht in te gooien en weer op te vangen.
Ook de pannenkoeken waren goed gelukt. Ik werd al beter in het koken. Eigenlijk was ik best verwend omdat ik elke ochtend warm ontbeet. Maar waarom niet? Er was niemand die op me lette. Eindelijk.
Buiten zag ik de nieuwe krant liggen en verder had ik toch niks te doen dus ging ik die lezen. Er stond een bericht in wat wel belangrijk was: 'Kleine huizen erg aantrekkelijk voor burgers en inbrekers', dat betekende dat ik snel een inbraakalarm moest aanschaffen. Want ik had al zo weinig en dat hoefde ik niet ook nog eens kwijt te raken
Ik had de krant uit en zal doelloos voor me uit te staren toen ik buiten de carpool hoorde toeteren. "Jaha..", mompelde ik en stond op uit mijn stoel. Ik liep naar buiten. Wat een lelijke carpool was het eigenlijk.
Maar ik had wel zin om te werken. Dus ik liep evengoed vrolijk naar binnen. Dit werk was zo leuk! Veel mensen zouden met tegenzin naar hun werk gaan.. Maar ik deed dat met plezier.